De kleur roze
Abetare werd geboren in Kosovo in 1992. Bij ballet op hoog niveau denk je al snel aan een passie vanaf de kleuterleeftijd; bij Abetare verliep dat anders: ‘Als jong meisje heb ik nooit aan ballet gedaan. Traditionele dans vond ik wel heel leuk, ik houd van de folklore, met optredens in mooie kleding. Daar heb ik als tienjarige privélessen in gehad.’ Abetares vader was ingenieur, haar moeder werkte in een apotheek. Toch waren haar ouders een goede stimulans, ziet Abetare nu: ‘Na de basisschool vond mijn vader dat ik iets met muziek en ballet moest gaan doen. Jij gaat iets met kunst doen, vond hij, want met kunst kan je alles doen. Reizen, culturen leren kennen… Zelf schilderde hij wel eens in zijn vrije tijd. Ik dacht: hoezo ballet, veel te moeilijk voor mij, en de kleur roze vond ik helemaal niet mooi!’
Elke dag pijn
Als veertienjarige ging ze naar het conservatorium. Voor ballet was dat wel ‘oud’. Abetare bestudeerde ook andere soorten dans, klassiek ballet was meer van de oudere generaties. ‘Mijn docent en tevens de directeur van het nationale ballet zag talent en wilskracht in onze groep. Hij wilde het Nationaal Ballet versterken, dit was zijn kans om ballet naar grotere hoogten te brengen. Ik heb het één jaar gedaan, veertig uur per week dansen. Dat was het slechtste jaar van mijn leven, ik had elke dag pijn, zó hard werken. ‘Waarom doe ik dit?’ huilde ik dan. Het tweede jaar kwam een Russische choreograaf op bezoek. Hij zocht meisjes die een klein stukje ballet konden dansen. Ik was geen natuurtalent, maar ik werd wel uitgekozen. En… ik heb heel veel discipline, ik dacht: ik ga het doen!’
Magisch!
Haar bloed, zweet en tranen werden beloond; na drie jaar bereikte ze de top in het Nationaal Ballet van Kosovo. ‘Op mijn zeventiende werd ik pas écht verliefd op ballet, toen ik voor het eerst op een podium stond. Ik danste een vorm van klassiek ballet, gemixt met tango. Wow, dacht ik, dit gevoel is gewoon magisch, ik wil dit gevoel blijven vasthouden! Ik deed vier voorstellingen in een jaar, met ook veel grote rollen.’ Tien jaar lang reisde de prima ballerina Europa over. Er waren veel internationale samenwerkingen met choreografen uit Rusland, Nederland, Frankrijk, de VS, Cuba, Bulgarije, Turkije... Het klinkt als een betoverend sprookje, waarom eindigde het dan? Abetare straalt: ‘Ik werd verliefd op mijn man, toen ben ik ermee gestopt. Mijn man is ook Albanees, maar woonde in Nederland. We ontmoetten elkaar tijdens een voorstelling, hij houdt veel van muziek en ballet. Zo ontstond een long distance relationship, hij reisde altijd mee naar mijn voorstellingen.’
Tachtig kleine ballerina’s
In 2016 richtte Abetare in Kosovo haar eigen balletschool op, met support van het Ministerie van Cultuur. ‘Ik heb in totaal zo’n tachtig kinderen voor het eerst aan het dansen gekregen, ook kinderen uit arme gezinnen, en ook steeds meer jongens. Ballet leert kinderen discipline, dat is fijn voor de rest van je leven. Maar het belangrijkste is dat kinderen leren om emoties te uiten. Met een andere houding en gezichtsuitdrukking geven ze een andere boodschap mee. Dat was fantastisch! Toch ben ik in 2018 weggegaan. Mijn Albanese man woonde en werkte in Nederland. Zelf had ik twee jaar in Nederland gewoond van 1998 tot en met 2000, wij waren als oorlogsvluchtelingen naar Nederland gekomen. Daarna ging ik met mijn familie terug naar Kosovo.’ Abetare wilde vaker bij haar man zijn en besloot tijdelijk in Nederland te gaan wonen. Dat was wel een gok, vindt ze achteraf: ‘Ik dacht: laat ik het een jaar proberen, ik had een goed leven en een goed salaris in Kosovo. Ik heb examens gedaan voor de verblijfsvergunning, en goede cijfers behaald.’ Door de makkelijke overstap naar Nederland besloot ze toch te blijven, tot groot verdriet van haar fans in Kosovo. Ze krijgt nog steeds mailtjes van ouders en kinderen die haar missen.
Lessen nemen, lessen geven
Wat doe je als je net in Nederland bent en niets of niemand kent? ‘Het eerste jaar had ik veel stress, ik was tien jaar lang actief geweest. Na een maand dacht ik: ik word gek, wat nu? Ik heb in Pristina gewoond, de hoofdstad van Kosovo. De overgang naar Tilburg was heel groot, maar ik wilde toch niet terug. Ik ben gaan solliciteren, dat was moeilijk. Ik had twee diploma’s behaald op universitair niveau: het conservatorium en muziekpedagogiek, maar mijn taalniveau was nog niet goed genoeg. Bij het ROC ben ik Nederlands gaan leren, voor mijn examens A1 en A2, daarna ben ik nog doorgegaan. Ik ben heel talig, ik wilde doorgaan voor mijzelf, wie weet wat het zou brengen voor de toekomst.’ Uiteindelijk wordt alle moeite beloond, bij Club Pellikaan kan ze gaan werken als balletdocent. Dat doet ze bijna twee jaar, ook in Goirle. Eerst alleen met peuters en kleuters, maar ook het Olympisch Team Kunstschaatsen wordt door haar getraind. Door de balletlessen krijgen de teamleden een mooiere houding en elegantie tijdens het schaatsen.
Factorium
Een gelukkige tijd breekt aan voor het jonge stel: er is een kindje op komst. Als hun dochtertje in december 2021 geboren wordt, lukt het even niet om werk als dans- of muziekdocent te krijgen. Abetare herinnert zich de teleurstelling nog goed: ‘Ik was bang dat mijn Nederlands te slecht was om ergens aangenomen te worden. Maar de taal van dans en muziek is toch universeel, dacht ik ook… Wat heb ik nu nog? Ik wilde al iets anders gaan studeren, maar mijn man bleef mij stimuleren. In maart 2023 hielp hij mij met een sollicitatie bij Factorium. Er was een vacature voor muziekdocent, voor basisschoolkinderen. Ik mocht op gesprek komen! Omdat ik over ballet- en pedagogische muziekkennis beschikte, dachten ze daar: die willen we. We gaan je ook inwerken in de organisatie.’
In het diepe
Abetare kan bij Factorium dans- en muzieklessen geven, en krijgt tegelijkertijd coaching. ‘Factorium liet mij kennismaken met het basisonderwijs, Wim Glorius geeft daar muziekles. Hij coacht mij, ik ging bij zijn muzieklessen kijken. Dat was zo inspirerend! Bij BS Open Hof kreeg ik een proefperiode van zes weken, ik ben in het diepe gesprongen, ik neem graag risico’s.’ Sindsdien geeft ze muzieklessen aan groep 1 t/m 8 op drie basisscholen, ze staat drie dagen per week voor de klas. Haar dans- en pianotalent komen haar goed van pas. ‘Ik wil leuk lesgeven, maar ze moeten bij mij ook wat leren. De kinderen willen erg graag meer leren, het is allemaal nieuw voor ze. Muziek beïnvloedt je hersens positief. Ik ben niet streng, laat ze vaak eerst even losgaan met de instrumenten. Daarna letten ze gewoon goed op. Ik wil dat ze genieten van mijn lessen, in dat ene uur muziek per week,’ aldus Abetare.
Droomwens
Ze heeft nog genoeg wensen, Abetare blijft zich steeds ontwikkelen: ‘Ik ben echt het systeem en de muziekmethodes aan het leren. Maar ik probeer ook dingen zelf uit met dans en bodypercussie, zeker bij de bovenbouwgroepen. Ik kan gelukkig zuiver zingen, heb in het koor van het conservatorium en de universiteit gezongen. Ooit, in de toekomst, zou ik mijn eigen balletschool in Tilburg willen beginnen - toegankelijk voor alle kinderen, met traditionele en klassieke dans. Ik hoop bij Factorium in een dansweek een project met folkloredans te kunnen doen. Misschien wil ik nog een Master Muziekwetenschappen halen, maar nu nog even niet. Ik wil niet te veel tegelijk doen. En weet je, als die kinderen met z’n allen roepen: ‘Juf Aaaaaaaabe! Wil je bij ons blijven lesgeven?’ Dat voelt zo goed, dan heb ik al genoeg motivatie om door te gaan.’
© 2024 CiST Talentontwikkeling & Cultuureducatie Tilburg | Koningsplein 11A, 5038WG, Tilburg
KvK: 80473954 | BTW: NL861684473B01 | Bank: NL39RABO0361199708 | info@cist.nl